Het onderzoek

In dit onderzoek werden twee groepen mensen met obesitas vergeleken. De ene groep sportte minstens vier keer per week gedurende minimaal twee jaar (gemiddeld 11 jaar), terwijl de andere groep niet of nauwelijks sportte. Beide groepen waren qua gewicht en lichaamsvet vergelijkbaar, maar hun vetweefsel zag er heel anders uit.

 

Gezonder vetweefsel door sporten

Uit het onderzoek bleek dat de sporters meer bloedvaten en mitochondriën (soort energiecentrales in cellen) in hun vetweefsel hadden, wat helpt om vet effectiever op te slaan. Ook hadden ze minder van een bepaald type collageen dat de stofwisseling verstoort en minder cellen die ontstekingen veroorzaken. Dit betekent dat ze vet op een gezondere manier konden opslaan, vooral in het vetweefsel net onder de huid. Dit is de veiligste plek om vet op te slaan. Bij niet-sporters was het vetweefsel minder gezond, wat kan leiden tot het opslaan van vet rond de organen (visceraal vet), zoals in de lever of het hart, wat veel risico’s met zich meebrengt. Denk aan niet-alcoholische leververvetting, dat vaak voorkomt bij mensen met overgewicht of obesitas en ernstige ziektes zoals cirrose of kanker kan veroorzaken.

 

Wat kan ik hier mee?

  1. Begin met regelmatige beweging: probeer minimaal drie tot vier keer per week te bewegen. Dit hoeft niet altijd intensief te zijn; zelfs een stevige wandeling kan helpen om je stofwisseling te verbeteren en vet gezonder op te slaan.
  2. Probeer krachttraining: krachttraining helpt niet alleen om spiermassa op te bouwen, maar ondersteunt ook het proces waarbij vetweefsel gezonder wordt. Denk aan oefeningen met gewichten, weerstandsbanden, of gewoon je eigen lichaamsgewicht.
  3. Blijf consistent: de voordelen van gezonder vetweefsel ontstaan pas na langere tijd. Het is dus belangrijk om een routine op te bouwen en vol te houden, zelfs als de resultaten niet direct zichtbaar zijn.

Bron: University of Michigan